Pure Blues tussen Vicksburg en Clarksdale!

9 juni 2018 - Clarksdale, Mississippi, Verenigde Staten

Vanmorgen starten we weer op met het gebruikelijke ontbijt ritueel. Elske neemt nog een beker heet water en een koffie mee aan boord en we rijden bij de verkeerslichten linksaf richting het centrum van Vicksburg. Gisteravond hebben we daar prima gegeten en muziek geluisterd, maar we willen het kleine stadje nog even goed bekijken.

Met de auto rijden we dus alle straatjes door. Geen enkel doel opgegeven, gewoon als een spons het stadje in ons opnemen. Heerlijk. Tijdens het rijden komen we uiteraard geweldige uitzichten tegen. Van een klein kerkje, een mooi oud gebouw, de Mississippi rivier met wat bootjes tot een oude Coca-Cola fabriek. De oude fabriek is inmiddels gestopt in Vicksburg, maar de familieleden van de eigenaar van de fabriek gebruiken de hal nu als rommelmarkt. Iedereen kan daar een stuk ruimte huren waar ze spullen kunnen verkopen. Het is er ruim opgezet en er staan hele mooie spullen tussen. Uiteraard ook heel erg veel Cola souvenirs zoals oude koelboxen, bordjes, flessen en meer. De dame achter de balie verteld ons het verhaal van haar familie en de Cola fabriek en ik vertel haar van mij Cola-verslaving. Als ik mijn Cola-tattoo laat zien, wil ze graag een foto maken om aan haar familie te laten zien. Uiteraard zijn ze weer erg blij om ons gezien te hebben en moeten we snel nog eens terugkomen. Dat laatste lijkt me een prima plan!

We rijden nog even door het stadje en ik stop even om een foto te maken van een herinneringsbord van Willie Dixon. De man heeft veel betekend voor de blues wereld en een aantal grote hits geschreven. We zetten onze trip voort door het stadje en op ons gemak vervolgen we onze weg over de route 61. We hebben een eenvoudig ontbijt gehad deze ochtend, maar we kunnen er voorlopig op voort. Onderweg stoppen we meerdere malen om het mooie uitzicht, een bord wat waarschuwt voor wilde dieren, zoals beren en voor gebouwen, zoals oude tankstations of kerken. Zo ook bij Nitta Yuma. Een heel klein dorpje in Mississippi, waar we eerst voorbij rijden. Tijdens het voorbij rijden zien we een aantal mooie oude huizen, een kerkje en een plantation huis. Na een kilometer zijn we dan toch maar gekeerd om het dorpje beter te bekijken. Als we het straatje door rijden is er een groot veld, waar we onze auto kunnen neer zetten. Vlakbij onze auto is een klein huisje welke vol gehangen is met leuke bordjes en plantjes. Het ziet er heel gezellig uit en er komt zojuist een oudere man uitgelopen. We vragen hem over de geschiedenis van het dorpje en dan geeft hij graag antwoord op. Henry neemt ons direct mee naar een oud wit landhuis uit 1780, waar we alles van zijn familie krijgen te zien en te horen. Hij is bezig om het huis weer in een goede conditie te krijgen door al het houtwerk op nieuw te verven. En wij zijn dolenthousiast erover. Het huis is in prachtige conditie en zo ook de meubels die erin staan.

Het dorpje behoort toe aan zijn hele familie en heeft behoorlijk wat moeten doorstaan tijdens de civil war. Nu hoopt de familie om van het dorpje een toeristische trekpleister te maken, om zo het stukje historische waarde te kunnen behouden. Henry neemt ons daarom weer mee naar het kleine huisje vlakbij onze auto en stelt ons voor aan twee dames, die daar een winkeltje hebben opgezet met tweedehands spullen en zelfgemaakt kunstvoorwerpen. Het is werkelijk een prachtige winkel met allerlei bijzondere voorwerpen. En de prijzen zijn laag, dus kunnen we best nog een souvenir meenemen. De kleinzoon van Henry komt binnen en begroet ons hartelijk. Hij verteld dat hij muziek aan het maken is in een oud huis aan het begin van de straat en uiteraard worden we weer uitgenodigd. We mogen vrij rondkijken bij de huisjes en dus lopen nog even wat rond bij de oude verlaten schuren die op het terrein staan. Een van de schuren is spookachtig eng. En zodra we er half in lopen, beginnen er golfplaten te klapperen alsof er een harde wind langs waait. Echter het is bijna windstil, waardoor we van schrik het gebouw verder laten voor wat het is. Als we weg lopen is het dan ook ineens weer helemaal stil. Brrr.

We lopen het straatje uit waar de kleinzoon en een vriend gitaar zitten te spelen op het balkon van een oud huis. Het geheel ziet er gezellig uit, maar helaas is de gitaarkunst matig en komt er weinig gezellige muziek uit. De jongeman vraagt ons mee te komen naar het grote plantation huis aan de overzijde van de weg. Hij heeft daar wat te drinken voor ons en we mogen het huis daar bekijken.

Het huis is enorm groot en vol oude spullen. In de hoek staat een confederatie vlag, bij ons ook wel bekend als een rebelvlag, en alles uit het huis is duidelijk uit de tijd van de civil war. Prachtige luxe ruimtes, zoals een ontbijtkamer, dinerkamer, zitkamer, zondagskamer, keuken en slaapkamers en allen sfeervol ingericht. We krijgen alle drie een flesje met koud drinkwater waar we heel blij mee zijn, want het is heel erg warm vandaag. In de voorkamer staat een oude Edison Grammofoon waarmee hij een oude plaat opzet. Het is het volkslied “Dixie”. Het krakende geluid van de oude bakelieten plaat past fantastisch in de sfeer van het huis. We lopen weer terug naar de andere zijde van de weg en bekijken nog even het poppenhuis. Dit huisje was eerst een winkel, maar is nu vol gezet met de collectie poppen van o.a. zijn grootmoeder. De schappen waar ooit droge goederen uitgestald stonden staan nu helemaal vol met poppen in elk formaat en in elk vorm. Ook een grote collectie slavenpoppen staat uitgestald op de schappen.

Sasha en Elske vinden het een beetje eng aandoen al die poppen hoofdje. Ik zelf heb de indruk dat de inwoners nooit buiten hun dorp komen en er nog steeds bepaalde ideeën op na houden. Het is in ieder geval duidelijk dat ze een blanke voorkeur hebben. Ze hebben geen idee dat is wel duidelijk.

We danken de familieleden voor het hartelijke ontvangst en de gastvrijheid en vervolgens onze weg richting Leland.

Daar is een highway 61 blues museum waar ik graag een kijkje wil nemen. Elske en Sasha hoeven niet perse mee naar binnen, maar blijven in het voorportaal staan i.v.m. de lekker frisse airco. Ik loop op mijn gemak de vijf ruimtes door die vol hangen met foto’s en instrumenten van blues legendes uit deze omgeving. Daar komt Pat binnen. Een donkere, zeer vrolijke heer met te grote broek en hoed en wijst naar een van de foto’s van James Thomas op de muur; “That’s my dad” zegt hij. Hij is amper te verstaan, heeft een Southern accent alsof hij zo van de katoenvelden komt, maar houdt niet meer op met praten. De vriendelijke vriend praat ronduit over zijn vader en de bluesmuziek, maar ook over zijn muziek. Zijn vader heeft hem alles geleerd. Pat Thomas kon nog niets spelen, maar moest al vroeg met zijn vader op het podium om hem te begeleiden. Hij kent veel teksten van zijn vader, maar ook zelf schrijft hij prachtige poëtische verhalen, die zo uit het leven zijn gegrepen. De meeste uit zijn eigen leven waarschijnlijk. De man is vreselijk puur en leeft de blues. In het voor portaal van het museum heeft Pat twee gitaren en versterker staan en wil ons graag wat laten horen, want ook hij heeft platen uitgebracht, net zoals zijn vader die inmiddels zevenentwintig jaar geleden is overleden. We lopen met hem mee naar voren en onze vrolijke vriend gaat op zijn stoeltje zitten. Hangt de akoestische gitaar om waar een oud element in hangt. De gitaar is oud en niet mooi onderhouden. Zit onder geplakt met wat stickers, plakband en viltstift met wat vage tekeningen. De kop is gebroken geweest van de hals en is met een schroef weer aan elkaar gezet. 

Pat speelt zonder een plectrum. Wanneer hij z’n versterker aanzet, vertellen zijn vingers het aloude blues verhaal. Het verhaal van z’n vader, van hem zelf of van het platteland hier in de omgeving. De man speelt zo verschrikkelijk de blues! Fantastisch. De snaren kletteren tegen de kast en de nagels van zijn rechterhand tikken zo nu en dan op de klankkast. We zijn met vijf mensen in het het kleine museum aanwezig, maar Pat speelt de blues alsof zijn leven ervan af hangt. Korte rijmpjes met een monotoon ritme. Zo moet het gespeeld worden. Dit is de blues in de meest pure vorm!

Pat houdt van de aandacht dat is duidelijk, want hij wil erg graag met ons op de foto. Hij laat nog even wat kleivoorwerpen zien. Die maakt hij om te verkopen, want de blues levert te weinig geld op. Ik geef hem een fooi voor zijn optreden en Pat geeft me direct een dominosteentje waarop hij een kat heeft getekend. Het is een aandenken van hem aan ons, want een kat is wat hij de hele dag tekent. Iemand heeft ooit eens dertig dollar betaald voor een tekening van een kat die hij uit het niets getekend heeft en sindsdien tekent Pat de hele dag katten, als hij niet aan het gitaar spelen is. Het blokje is een fantastisch aandenken aan deze man en ik bedank hem hartelijk voor het delen van zijn levensverhaal. Pat is een vriend voor het leven!

Vanaf Leland zetten we de reis voort naar Indianola. Helaas is het alweer laat aan het worden en ben ik bang dat ik te laat ben voor het BB King museum aldaar. En inderdaad, we komen om 17:15 aan. Het museum is even daarvoor gesloten. Jammer. Maar ik geef niet zomaar op en wil nog even om het grote gebouw heen lopen. Ik heb namelijk gelezen dat de heer King in de tuin ligt begraven en ga op zoek.

Alle deuren zitten op slot, maar ik hoor nog wel wat bluesmuziek vanuit het gebouw klinken. Aan de achterzijde staan nog een paar auto’s die waarschijnlijk van de medewerkers zijn. En dan aan de rechterzijde van het gebouw vind ik een hek met daarachter het graf van BB King. Het is een eenvoudig graf met slechts een steen. Verder geen bloemen of andere versiersels.De bijna witte platte stenen die er omheen liggen zijn al even weinig interessant.   is het hek eromheen gesloten en kan ik er niet dichtbij komen voor een goede foto. Op het graf staat zijn naam Riley B. King en een stukje lyrics van zijn nummer: ”Take it home”, maar dat laatste moest ik opzoeken, want dat was te klein om te lezen. Voor zo’n legende valt het graf enigszins tegen, maar ik kan hem afstrepen van mijn lijst.

Nog 90 kilometer rijden dan zijn we in Clarksdale. Deze stad heeft een hele grote betekenis als het gaat om de blues en de soul. Heel veel bekende namen zijn hier geboren en hebben hier hun inspiratie opgedaan voor het schrijven van wereldmuziek. Clarksdale is de geboorteplaats van Muddy Waters, Howlin’ Wolf, John Lee Hooker, Eddie Boyd, Robert Johnson, Ike Turner maar ook van Sam Cooke. De meeste zijn hun leven gestart met het werken op de katoenplantages en konden middels hun muziek ontsnappen uit onmenselijke omstandigheden.

In Clarksdale zit de grootste blues club ter wereld: Ground Zero Blues Club. Mede-eigenaar is de acteur Morgan Freeman en elke avond speelt daar een bluesband. We checken bij ons hotel in en rijden richting downtown Clarksdale. Bij de club worden in de omgeving eerst nog wat foto’s gemaakt en dan stappen we de club binnen. Wat een super sfeer hangt hier! Alles is onder geschreven door bezoekers, maar ook door alle artiesten die hier ooit hebben gespeeld. Overal hangen gitaren en andere memorabilia, die een aandenken zijn aan de vele blues avonden die hier voorbij zijn gekomen. We zitten aan een tafel in het midden van de club en hebben goed zicht op het podium, waar op dat moment Big T and Family aan het spelen is. Blues uiteraard. We bestellen wat te drinken en krijgen de menukaart voorgeschoteld. En met een lekkere blues op de achtergrond genieten we van een eenvoudige, maar heerlijke maaltijd. De eigenaar komt nog even op het podium en bedankt iedereen voor zijn komst. Helaas kon de acteur Morgen Freeman niet aanwezig zijn, want morgen moet hij golfen. Hahaha.

Het mooie van deze man is ook dat hij bijna bij alle tafels langs gaat om te vragen of alles naar wens is. Hij laat sommige mensen zelfs opstaan om ze te begroeten door de medebezoekers. Ook bij ons komt hij even langs en verteld ons dat er verderop in de zaal ook Hollanders zitten, dus dat we even kennis kunnen maken. Als een jong stel wil dansen voor het podium houdt de eigenaar persoonlijk even haar handtas vast. Voor ons zitten twee dames wat te praten en te drinken en zichtbaar te genieten van de muziek. Beide staan op en lopen weg van hun tafel richting de voordeur. Elske attendeert een van de dames erop dat hun mobiele telefoon nog op tafel ligt, waarop de dames laconiek reageren: “oh, maar we zijn zo weer terug hoor”. Het geeft aan hoe gemoedelijk de sfeer is. 

Afgelopen weken hebben we wederom ervaren dat Amerika een veilig vakantieland is. Er is geen enkel moment geweest dat we bang waren dat we onze spullen kwijt zouden raken of dat ons zelf iets zou over komen. En dat is erg prettig tijdens zo’n reis als deze.

Even na tien uur rijden we terug naar het hotel. Wederom vallen we met een heerlijk gevoel in ons lijf in slaap. Wat een super dag was dit weer!

Foto’s

4 Reacties

  1. Joke van Zeeland:
    10 juni 2018
    Wat een geweldige dag en Wat een indrukken .Toppie.
  2. Ria Koreman:
    10 juni 2018
    Ik snap dat het niet te bevatten is zoveel indrukken en jullie klinken ook zo blij aan de telefoon, zo super. Ik ben er zelfs blij van. Als je het leest en de foto's enz. ben je gewoon erbij. Xxx
  3. Henk Spijker:
    10 juni 2018
    Jullie hebben weken nodig om dit allemaal te verwerken. Het was weer een bijzondere dag.
    Als je het leest ben je re gewoon bij.
  4. Henriet Planjer:
    11 juni 2018
    Hi,
    Gisteren pas begonnen met lezen van jullie vakantieverhalen! Wàt een belevenissen en indrukken, geweldig!
    Veel plezier nog.
    Groet Henriet (en Jeroen)